Het zuidelijke deel van het Stichtse strand is door de gemeente op de schop genomen om het beter geschikt te maken voor recreatie. Een gedeelte van de beschermde vegetatie is verwijderd en opgehoogd met een laag zand. Er zijn paden en verhardingen aangebracht en er is een volleybalveld aangelegd. De VVG stelt dat niet voldaan is aan de regels die de natuur in dit gebied moeten beschermen
Update februari 2022
Er is door de rechtbank Midden-Nederland op 17 februari een uitspraak gedaan over de ophoging met zand van een deel van het “kruiden en faunarijke” deel van het grasland. De gemeente was te laat met het toezenden van de salderingsovereenkomst, waardoor de VVG niet tijdig kon beoordelen of het wel zinvol was om in beroep te gaan. Daardoor heeft de VVG te laat bezwaar ingediend en werd niet ontvankelijk verklaard.
Zie voor overwegingen van de rechtbank ook ons dossier paviljoen
Update januari 2021
Op 1 december 2020 is er een overeenkomst gesloten tussen de gemeente Blaricum en de Provincie ten behoeve van saldering NNN als gevolg van realisatie strandpaviljoen, volleybalveld en ophoging met zand van het strand Stichtse Voorland. Onderdeel daarvan is saldering met een nieuw natuurgebied, zie hiervoor het dossier Nieuwe natuur in de Blaricummermeent
Update mei 2020
Wij hebben een beroep op de provincie gedaan om handhavend op te treden tegen de door de gemeente verleende vergunning voor een strandpaviljoen voor een periode van tien jaar. Hierin wordt een koppeling gemaakt met de strandophoging en de saldering met nieuwe natuur in de Blaricummermeent. Daarnaast hebben wij een zienswijze ingediend op de concept Omgevingsverordening NH2020. Zie hiervoor de pagina: Paviljoen
Update maart 2020
Het overleg met de provincie heeft niet tot een acceptabele oplossing geleid, het pro Forma bezwaar is aangevuld met een gemotiveerd bezwaar. Naast de helderheid dat de strandophoging niet voldoet aan de Beheers Verordening en dus onderworpen is aan de regels van de Provinciale Verordening, is nu ook helder dat hier geen sprake kan zijn van compensatie, wegens het ontbreken van een groot openbaar belang. De gemeente beroept zich nu op saldering, maar dat in combinatie met de vergunning voor het paviljoen. Bij compensatie kan een vervangend natuurgebied worden gezocht, maar bij saldering geldt de beperking dat deze gevonden moet worden binnen een aaneengesloten plangebied. Om deze reden wordt aangrenzend toekomstig natuurgebied gebied toegevoegd (nieuwe natuur in de Blaricummermeent). De VVG vraagtekens bij de kwaliteit en de oppervlakte daarvan.
Update februari 2020
Er zijn twee memo’s van de provincie, genoemd in de pagina: vergunning voor het paviljoen, waaruit blijkt dat de ophoging van het strand ook moet worden gecompenseerd. Zie nieuwe natuur in de Blaricummermeent.
De provincie geeft ook aan dat het afgraven van grasland en het ophogen met zand in strijd zijn met de Beheers Verordening. Deze schrijft behoud, herstel of ontwikkeling van het gebied voor. Vol met zand storten hoort daar niet bij.
De provincie schrijft monitoring van de bijzondere plantensoorten en aangepast maaibeheer van het kwetsbare deel van het strand voor. Als na bijvoorbeeld 3 jaar blijkt dat de soorten wel degelijk achteruit gaan, dan dient alsnog een hek voor dat deel van het strand te worden geplaatst. Afgezien van deze maatregelen is het van groot belang dat nu eindelijk erkend wordt dat het strand kwetsbaar is en beschermd dient te worden. Ook is nu wel helder dat de regels van de Provinciale Verordening van toepassing zijn (speciaal art. 19). Wij zien dit als een erkenning van de standpunten van de VVG.
De VVG heeft nog enkele weken om te bekijken of wij het pro forma bezwaar gaan omzetten in daden.
Update december 2019
Wat de ophoging met zand en het aanbrengen van verhardingen betreft is in overleg met de gemeente een pro forma bezwaar ingediend. Dit geeft de gemeente de ruimte om nog met de provincie te overleggen of en hoe het mogelijk is gebruik te maken van de regeling voor compensatie c.q. saldering van het verlies aan oppervlakte en kwaliteit van het NNN als gevolg van de strandverbreding en het eventuele nieuwe strandpaviljoen. Hierbij behoudt de VVG het recht om formeel nog bezwaar in te dienen indien dat nodig zou zijn.
De VVG heeft Gedeputeerde Staten en de Gemeente verzocht handhavend op te treden, dit heeft niet tot resultaat geleid. In de correspondentie met de provincie worden wel twee belangrijke uitspraken gedaan: op deze werkzaamheden zijn de provinciale regels ter bescherming van NNN gebied van toepassing en de strandophoging past niet binnen de beheerverordening. Zie bijlage
Piet Bakker en Dick Jonkers hebben op ons verzoek de natuurtoets en de flora- en fauna inventarisatie beoordeeld. Hun conclusie is dat de door de gemeente in de procedure gebruikte rapporten onvolledig en deels onjuist zijn. Voor iedereen die nog steeds denkt dat het gaat om schraal gras met hondendrollen, verplichte kost! In dit rapport wordt ook de voorgestelde compensatie van 744 m2 in de Blaricummermeent op ecologische gronden afgekeurd. Zie hier het rapport.
Volgens een in de procedure ingebracht mailbericht van de provincie is in de natuurtoetsen behorend bij de ruimtelijke onderbouwing door de gemeente de Provinciale Ruimtelijke verordening (PRV) niet meegenomen. Hierdoor zijn twee zaken op het gebied van NNN niet goed opgenomen. Ten eerste is de beschrijving van het gebied door de provincie (WKW) niet gebruikt voor de toets. Daarnaast is het oppervlakteverlies (door het opbrengen van het zand) als “niet significant” beoordeeld, maar significantie is geen item meer bij oppervlak: ELK oppervlakteverlies is ontoelaatbaar.
7 juni 2019: Bezwaarschrift VVG tegen upgrade strand en Blaricum Beach
Na rijp beraad hebben wij besloten bezwaar in te dienen tegen het upgraden van het strand en het plaatsen van de tijdelijke horecavoorziening. Het is gebleken dat deze combinatie een enorme toeloop van strandbezoekers tot gevolg heeft. Ook het oostelijke en meest kwetsbare deel van het recreatiestrand zit met mooie dagen stampvol. De bescherming van dit gebied (NNN) is hiermee ondergeschikt geworden aan het recreatieve belang. Wat is de aanwijzing als beschermd gebied nu eigenlijk nog waard? De vraag “of dat allemaal maar zo kan en mag” willen de Vrienden van het Gooi nu wel eens getoetst zien. Het spreekt voor zich dat ook latere ontwikkelingen in dit gebied, het horecapaviljoen en (als het er nog van komt) Blaricum aan Zee, door ons nauwlettend gevolgd zullen worden. Ook de kustvisies van Huizen en Gooise Meren hebben onze aandacht.Bezwaarschrift 7 juni 2019 en persbericht 11 juni 2019